Accessibility-first

Begin

Inclusief ontwerp begint bij de accessibility-first methode.

Beperking komt door de ontwerpkeuze

Vier ontwerpstrategieën met iedere een normaalverdeling met een piek in het midden en een staart naar rechts en links. 1: Ego-ontwerp met jezelf als uitgangspunt. 2: Ontwerp voor een 'gemiddeld' mens. 3: Ontwerp voor gebruikerstypes (bijvoorbeeld S/M/L/XL). 4: Ontwerp voor iedereen, inclusief design.
De verschillende ontwerpstrategieën van ego-ontwerp (enkel voor jezelf) tot inclusief design. De bevolkingscurve kan bijvoorbeeld zijn: van perfect zicht naar slechtziend, van snellezen naar dyslexie, van goed horen naar slechthorend, enzovoorts.

Accessibility-first

Door alleen voor de 21% te ontwerpen die normaal geen moeite hebben met niet-inclusieve technologie sluit je veel mensen buiten. Met accessibility-first design ontwerp je eerst voor de 25% die normaal gesproken moeite hebben met niet-inclusieve technologie. Zo kan je wel 74% van de samenleving bereiken.

Piramide die de samenleving weerspiegelt. 21%: geen moeilijkheden. 16%: minimale moeilijkheden. 37%: matige moeilijkheden. 25% ernstige moeilijkheden. Target deze 25% procent voor inclusief design.
Target de 25% die meestal erge moeite hebben met niet-inclusieve technologie om technologie voor wel 74% van de samenleving te maken. Bron: inclusivedesigntoolkit.com/whatis/whatis.html

Onder deze 25% vallen bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend: mensen met autisme, kleurenblindheid, dyslexie, moeite met scherpstellen, slechtzienden en ook slechthorenden. Leer meer over menselijke variatie bij: voor wie.

Verder lezen

Meer weten?


Externe bronnen zijn meestal niet verbonden met NTR